Financiële tabellen algemene dekkingsmiddelen

In hoofdstuk 2.2 staan de paragrafen. Daar leest u in 2.2.3 de inhoudelijke toelichting op de lokale heffingen. Hieronder leest u de financiële effecten in de vorm van het verklaren van de financiële afwijkingen ten opzichte van de (bijgestelde) begroting.

Onroerende zaakbelasting
De opbrengst van de onroerende zaakbelasting is € 268.000 hoger dan geraamd. Dit komt voor € 243.000 door een hogere areaal (voornamelijk niet-woningen) in 2021. Daarnaast is over voorgaande jaren nog € 166.000 ontvangen als gevolg van een lager aantal verminderingen en een hoger areaal bij niet-woningen. Als gevolg van een vermindering van OZB-aanslagen voor garageboxen van een (hoger) niet-woningtarief naar een (lager) woningtarief worden over de periode 2019 tot en met 2021 de aanslagen verminderd met € 141.000.

Precariobelasting
De opbrengst van precariobelasting is € 119.000 lager dan geraamd. Dit is met name ontstaan doordat de eerdere geraamde meeropbrengst voor belastingjaar 2020 (zie nota tweede technische wijziging 2021) door een gegrond bezwaarschrift met € 170.000 is teruggelopen. Voor de overige onderdelen wordt een meeropbrengst van € 51.000 verwacht.

Parkeerbelasting
De opbrengst van de parkeerbelasting voor straatparkeren is € 34.000 lager dan begroot. Dit is met name een gevolg van minder gebruik van parkeerruimte op straat als gevolg van corona. Voor een verdere toelichting wordt verwezen naar paragraaf 2.2.10 Parkeren.

Invorderingsresultaten
Op de post invorderingsresultaten is € 192.000 minder binnengekomen dan begroot. Dit komt doordat in het begrote bedrag rekening was gehouden met een grote factuur open, waarvan de invordering zeer stroef verliep. Deze factuur is uiteindelijk zonder invordering voldaan. Hier staat tegenover dat de voorziening dubieuze debiteuren (bij de overige algemene dekkingsmiddelen) voor een gelijk bedrag is vrijgevallen.

Voor wat betreft de overige belastingsoorten zijn er kleine verschillen die hier niet worden toegelicht.